Red Centre, Great Ocean Road en de westkust

Nog wat leesvoer voor tijdens de paasdagen, het verslag over het laatste deel van Australië, dan ben ik weer een beetje bij ;-).

Vanuit Cairns ben ik naar Alice Springs gevlogen. Ik had hier maar een halve dag, dus meteen de stad maar gaan verkennen. Er zijn hier veel meer Aboriginals dan aan de oostkust van Australië. Ze zien er nogal onverzorgt uit, maar dat komt omdat ze nooit in de spiegel kijken. Ze geloven dat ze dan niet meer kunnen reïncarneren. Daarom mag je ook geen foto's van ze maken. In Alice Springs is het museum (en de post) van de flying docters, dus hier even gekeken en de gevangenis die ernaast staat bezocht. En aan het einde van de dag naar een mooie zonsondergang gekeken vanaf Anzac Hill.
De volgende dag werd ik opgepikt voor mijn trip van Alice Springs naar Adelaide in het zuiden van Australië. De eerste stop was Ayers Rock, Uluru. De wereldberoemde rode rots. Hier hebben we een korte wandeling gemaakt en het culturele centrum bezocht om meer overde aboriginals te weten te komen. De gids kan ook interessante verhalen vertellen over de aboriginals. Leuk om weer wat te leren over de oorspronkelijke bewoners van een land. Hier hebben we ook naar de zonsondergang over Uluru en Kata Tjuta gekeken. 's Avonds sliepen we in swags, een soort canvas slaapzak, onder de sterrenhemel. Er zijn echt zoveel sterren hier, ik verbaas me daar elke weer over. De dagen erna hebben we naar de zonsopkomst gekeken bij Uluru en gewandeld bij de Kata Tjuta en de Kings Canyon. De meeste wandelingen moet je voor 11 uur doen omdat daarna de paden dichtgaan vanwege de warmte, dus wij waren vaak al rond 7 uur op pad aangezien de wandelingen vaak rond de 3 uur zijn.
Op de weg naar Adelaide zijn we ook gestopt in Cooper Pedy, een mijnstad beroemd om de opaal. Een groot gedeelte van de gebouwen in Cooper Pedy zijn ondergronds of in grotten. Zoals bijvoorbeeld ons hostel, maar ook de kerk (die was uitgehakt in de vorm u een kruis) en heel veel woonhuizen.
Daarna zijn we nog de Flinders Rangers in geweest om te eindigen in Adelaide. Ik heb deze week met hele leuke mensen gereisd en het was jammer om afscheid te nemen. Life changing stuff, zoals onze gids de hele week riep. Brilliant!
Adelaide is en hele leuke stad, niet heel groot, maar er is genoeg te zien. Het museum en de art gallery enzo zitten allemaal aan dezelfde straat, dus dat is mooi makkelijk. Ook een dag een fiets gehuurd samen met 2 Schotse meisjes die ik op de tour had leren kennen en naar Glennelg gefietst, een historisch stadje aan het strand. Natuurlijk waren we hopeloos verdwaald omdat we de rivier niet konden vinden en maar op de gok richting de oceaan waren gefietst. En waren we op de grote weg terecht gekomen.. Waar het heel normaal is om te fietsen overigens. Maar uiteindelijk bleek ons richtingsgevoel beter dan we dachten en hebben we het stadje gevonden. Hier gelunched en rondgewandeld voordat we weer teruggingen naar Adelaide, en ons moesten haasten om op tijd terug te zijn bij de winkel.
Na Adelaide was het tijd voor een tour over de Great Ocean Road naar Melbourne. Een groot deel van de mensen die de tour van Alice Springs naar Adelaide deden doen ook deze tour, dus dat is heel gezellig. Maar we misten allemaal de gids en de mensen die er nu niet bij zijn. De eerste dag hebben we vooral in de Grampians doorgebracht. Hier waren in februari grote bosbranden, dus een groot gedeelte van het bos waar wij doorheen reden was zwart. Heel indrukwekkend. Blijkbaar heeft het bos in Australië af en toe een bosbrand nodig om te kunnen vernieuwen.. Bomen gaan ook niet dood, ook al zijn ze wel zwart geblakerd, ze groeien een paar weken later gewoon weer verder. Bijzonder.
De twee dagen daarna was het eindelijk tijd voor de Great Ocean Road, de weg loopt voor het grootste gedeelte langs de oceaan. Hier hebben we de beroemde rotsen zoals Loch ard, London bridge en Bay of Islands gezien en natuurlijk de Twelve Apostels. Die laatste was nogal een tegenvaller haha, blijkbaar zijn er niet 12 maar 8 rotsen en kun je er maar 5 ofzo zien. Maar de zonsondergang bij de twelve apostels en om de kleur van die rotsen te zien veranderen in het zonlicht was wel mooi.
De tour eindigde in Melbourne en hier ben ik weer een paar dagen gebleven. Mijn hostel was in St Kilda, een eindje buiten het centrum, maar wel goed bereikbaar met de tram. De eerste dag heb ik een stadswandeling gemaakt met een gids. Super handig, want zo zie je de belangrijkste punten in de stad en krijg je er ook informatie over. Melbourne is bekend om zijn steegjes met streetart, kunstwerken van graffiti. Er staan echt de meest mooie dingen op de muren in die steegjes, en sommige steegjes veranderen bijna dagelijks. Dat soort dingen moet je maar net weten te vinden, dus ik was blij dat ik een gids had. 's Middags heb ik zelf door de stad gelopen en een aantal gebouwen bezocht waar we 's ochtends langs waren gelopen. En ook de Queen Victoria Market bezocht, een markt waar je werkelijk alles kunt krijgen. Dus hier nog even wat souvenirtjes gekocht. 's Avonds na zonsondergang komen de pinguïns aan land bij de St Kilda Pier. Dus hier ben ik heen gewandeld. Blijkbaar zien pinguïns geen rood licht, dus vrijwilligers liepen rond met zaklampen met rood licht om ze te laten zien. Leuk om te zien hoe die beestjes aan komen zwemmen en dan gewoon op een rots gaan zitten, en zich niets aantrekken van het rode licht en alle mensen die naar ze staan te kijken. Jammer genoeg was het te donker om foto's te maken. De volgende dag nog de State Library bezocht. Hier hebben ze een hele mooie studeerzaal met een mega-hoge dome (glazen dak) en de originele meubels. Rond de studeerzaal zijn gallerijen waarop exposities zijn en steeds doorkijkjes naar de studerzaal. Als ik student was in Melbourne zou ik hier heel wat uurjes doorbrengen, het is beter dan de UB!
Vanuit Melbourne ben ik naar Perth gevlogen omdat ik ook graag de westkust van Australië wilde zien, al heb ik van Perth zelf niet veel gezien. Vanuit Perth heb ik een tour gedaan naar Exmouth, want een eind noorderlijke aan de westkust ligt. De eerste stop was de pinnacles, een desert vol gele rotsen. Ik had verwacht dat de pinnacles hoger zouden zijn, maar ze waren niet veel hoger als dat ik ben. Het waren er wel super veel. En na nog een aantal stops kwamen we aan in Kalbarri, voor onze eerste nacht. De volgende morgen hebben we een korte wandeling gemaakt door een gorge. Wandelpaden kennen ze hier niet echt, ze spijkeren gewoon pijltjes op de rotsen en dan moet je je eigen weg maar vinden. Daarna gingen we naar de Stromantolites, levende rotsen in de oceaan. En waarschijnlijk hebben zij de eerste zuurstof geproduceerd. De gidsen kunnen er heel veel over vertellen, dus dat is wel leuk. Of het allemaal waar is vraag ik me soms af ;-). We hadden ook nog een stop in het natuurrervaat Eden, waar shellbeach is, een strand dat bestaat uit allemaal kleine schelpjes. Ze hebben alle katten verwijderd uit Eden om weer terug te gaan naar hoe het oorspronkelijk was. En hun beste manier om de katten uit het reservaat te houden bij de wegen zijn palen waaruit hondengeblaf komt...
De eindbestemming die dag was Monkey Mia, waar heel veel emoe's rondlopen. In Monkey Mia is een groep dolfijnen die ze 's ochtends voeren. Dus toen wij rond half 8 op het strand kwamen zwommen er allemaal dolfijnen rond. Je hoeft ook maar tot je enkels het water in, zo dichtbij komen ze. Heel bijzonder. Je kunt de dolfijnen niet zelf voeren, maar dit wordt gedaan door vrijwilligers die drie keer per dag de dolfijnen voeren en steeds toeschouwers kiezen om ze te helpen. Daarna zijn we doorgereden naar Coral Bay. Hier heb ik gesnorkeld in het Ningaloo Reef. Hier zwemmen ook weer vissen rond in alle kleuren en hier heb ik heel veel schildpadden en een paar reefsharks gezien. Ik denk dat ik dit reef mooier vond dan het Great Barrier Reef. We gingen met een jetboat naar het reef, dit is een soort speedboat, dat was bijna net zo leuk als het snorkelen. In Coral Bay is ook een shark nursery, waar vaak allemaal jonge haaien rondzwemmen, maar wij hebben er geen gezien, helaas.
Aan het eind van de middag zijn we doorgereden naar Exmouth, de eindbestemming van de tour. Hier heb ik gesnorkeld met walvishaaien. De eerste keer dat ik het water in ging vond ik het super eng, maar de keren erna wist ik wat er ging gebeuren en kon ik er echt van genieten om naast dat enorme beest te zwemmen. In totaal hebben we met drie verschillende walvishaaien gezwommen. De grootste was ongeveer 5 meter en de kleinste 3 meter. Echt een geweldige ervaring. Aan het eind vam de dag zijn we naar het strand gereden en hebben we echt een super mooie zonsondergang gezien, onder het genot van een drankje en een chill muziekje.
De volgende dag hadden we een lange dag in de bus terug naar Kalbarri. Op de laatste dag zijn we weer terug gereden naar Perth. Onderweg zijn we gestopt bij een wildlife park. Hier worden zieke en gewonde dieren opgevangen en weer opgelapt. Hier mochten we een Joey, een baby-kangaroe beethouden. Dit was echt super schattig. De verzorgste had de Joey in een fleecedeken gewikkeld en je moest hem vasthouden net zoals je een baby vasthoudt.
Terug in Perth ben ik afgezet bij het busstation, omdat ik diezelfde avond een vlucht naar Sydney had. Ook deze tour was weer super leuk. Ik reisde met een leuke groep mensen en we hebben bijna elke avond spelletjes spelend en op het stramd doorgebracht. De westkust van Australië vond ik misschien wel mooier dan de oostkust en zeker een stuk minder toeristisch.
Vanuit Perth ben ik teruggevlogen naar Sydney. Hier had ik nog 2 dagen voordat mijn tijd in Australië er alweer op zat. Deze dagen heb ik vooral aan het strand doorgebracht. De ene dag ben ik naar Bondi Beach geweest, het wereldberoemde strand. Hier waren hele hoge golven, en heel veel surfers, dus hier heb ik een poos naar zitten kijken. De andere dag ben ik met de ferry naar Manly geweest en dit vond ik nog mooier dan Bondi Beach. Ik ben naar Shelly beach gewandeld, een klein strandje naast het grote strand en ik heb een poos op het andee strand gezeten. Ook hier warn veel surfers, maar ook veel snorkelaars en duikers. Verder heb ik in Manly wat gewinkeld en de laatste Australische souvenirs ingeslagen. Terug in Sydney was het tijd om mij tas weer in te pakken en weer naar het vliegveld te gaan.
Dit keer met bestemming Bangkok! Een compleet andere wereld. De bedoeling is om in Thailand naar het noorden te reizen en dan uiteindelijk via Laos, Cambodja en Vietnam weer in Thailand te eindigen.  

Liefs, Henny